Atriumfibrilleren
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015
Anamnese
Hartkloppingen
Duizeligheid of syncope
Dyspnoe of verminderde inspanningstolerantie
Aanwijzingen voor hartfalen
Voorgeschiedenis
Koorts
Stress of lichamelijke inspanning
Intoxicatie (koffie, alcohol, drugs)
Medicatie (theofylline, betamimetica, etc)
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015
Klinisch onderzoek
BD-meting
Hartauscultatie (let op souffles, etc.)
Beoordelen van tekenen van hartfalen
• basale crepitaties
• gestuwde halsvenen
• leververgroting
• ascites
• perifere oedemen
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015
Aanvullend onderzoek
ECG (Golvende basislijn, geen P-toppen, irregulaire afstanden tussen de QRS-complexen)
Holter-registratie alleen indien de aanvallen maximaal dagelijks lijken op te treden.
Lab (TSH, Hb, glucose, eGFR en kalium opvolgen bij begin van de behandeling met digoxine)
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015
Beleid
Symptomatische of hemodynamisch instabiele patiënten
Insturen
Ontstaan binnen 48 uur en patiënt jonger dan 65 jaar
Direct overleg cardiologie
Andere patiënten: Zelf behandelen
1. Verlagen van de ventrikelfrequentie
Absoluut trachten om de frequentie < 110 te krijgen!
Eerste keuze: Betablokker
Metoprolol 50 tot 200 mg, 1 x 1 t dd
Tweede keuze: Calciumantagonist
Diltiazem 120 tot 360 mg, 1 x 1 t dd
Bij vermoeden van hartfalen
Digoxine 0,25 mg, 1 x 1 t dd
Gezonde patiënt:
Oplaaddosis van 0,75 mg en dan 1 x 0,25 mg dd
Nierfalen, gewicht < 55 kg of leeftijd > 70 jaar:
Oplaaddosis van 0,375 mg en dan 1 x 0,125 mg dd
2. Antitrombotische behandeling
Vrouwen > 65 jaar en alle mannen > 75 jaar.
Dabigatran (Pradaxa), 2 x 150 mg dd
Bij creatinineklaring 30–50 ml/min > 2:
10 mg dd
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015
Verwijzen
Vermoeden van een klepafwijking
Onduidelijkheid over het bestaan van hartfalen
Patiënten < 65 jaar en langer dan 48 uur bestaand atriumfibrilleren
Patiënten die cardioversie wensen
Patiënten met persisterende klachten ondanks verlaging van de ventrikelfrequentie
Patiënten met hartfalen bij wie de hartfrequentie met digoxine onvoldoende daalt
Patiënten met een frequentie < 50
Wolff-Parkinson-White-syndroom of plotse hartdood in de familie
Bronnen
NHG-Standaard Atriumfibrilleren
NICE-guideline. Atrial fibrillation. July 2015